Biodiversiteit in Papoea
‘Kijk hier, deze heb ik nog niet eerder gezien’ wordt er geroepen en de anderen komen snel aanlopen om te kijken om welke soort vlinder het gaat. De avond is net gevallen en we hebben de menglichtlamp nog maar net aangesloten of de eerste nachtvlinders gaan al op het witte laken zitten. Een half uur later zitten er meer dan honderd vlinders op het laken en ze blijven maar uit het oerwoud komen.
Dit was één van de hoogtepunten van mijn vakantie in september vorig jaar. Ik was met een internationaal gezelschap van insectenkenners op expeditie op Yapen eiland in Papua, Indonesië, een eiland waar nog maar heel weinig onderzoek is gedaan naar de insectenfauna. Ik heb veel mensen leren kennen en ik heb ervan genoten om ze te helpen de insecten te vinden waar ze naar op zoek waren. Er waren specialisten voor dagvlinders, nachtvlinders, rupsen, vliegen, muggen, krekels, sprinkhanen en wandelende takken. Regelmatig werd er gezegd: ‘Deze heb ik nog nooit gezien’ of ‘Dat is vast een nieuwe soort voor de wetenschap.’
Wat de nachtvlinders betreft is onze score meer dan 480 soorten, alleen op basis van de foto’s die we hebben genomen. De resultaten hiervan zijn gepubliceerd in het tijdschrift Sugapa. Een aantal soorten zijn nog niet precies op naam te brengen omdat er nader onderzoek nodig is om te bepalen of het hierbij om nieuwe soorten gaat. Zelf heb ik een Tamba soort (hierboven afgebeeld) gevonden; misschien wel een nieuwe soort voor de wetenschap. Daarnaast heb ik ook een Dysaethria urapterygia gevonden die tot nu toe slechts bekend was van één exemplaar in het Natural History Museum in London.
